Operationeel Plan voor Incidenteel Vliegen op een Andere Locatie
1. Doel van het Plan
Dit plan beschrijft de procedures en veiligheidsmaatregelen voor het incidenteel vliegen met drones en modelhelikopters op een andere locatie dan het vaste clubterrein van Heli Club Westland. Het doel is om een veilige en gecontroleerde vliegoperatie te garanderen en risico’s te minimaliseren.
2. Locatieanalyse
Voorafgaand aan de vlucht moet een grondige analyse van de locatie worden uitgevoerd:
– Luchtruimcontrole: Controleer of de locatie zich in gecontroleerd of verboden luchtruim bevindt (bijv. in de buurt van luchthavens, natuurgebieden, of no-fly zones).
– Omgevingsfactoren: Beoordeel obstakels, bebouwing, wateroppervlakken en andere potentiële gevaren.
– Toegangsrechten: Verkrijg toestemming van de eigenaar of beheerder van het terrein indien vereist.
– Noodvoorzieningen: Identificeer beschikbare noodroutes en de dichtstbijzijnde hulpdiensten.
3. Veiligheidsmaatregelen
Om de veiligheid te waarborgen, moeten de volgende maatregelen worden genomen:
– Weersomstandigheden: Vlieg alleen bij geschikte weersomstandigheden (wind, regen en zichtbaarheid moeten binnen veilige grenzen liggen).
– Signalisatie: Plaats indien nodig waarschuwingsborden om omstanders te informeren over de activiteit.
– Afzetting van het vlieggebied: Zorg voor een duidelijke afbakening van het vlieggebied om ongevallen te voorkomen.
– Gebruik van spotters: Laat een extra persoon als spotter fungeren om omgevingsrisico’s in de gaten te houden.
– Noodprocedures: Stel een noodplan op voor incidenten zoals crashes of verlies van signaal.
4. Operationele Procedures
Voor een veilige vlucht moeten de volgende stappen worden gevolgd:
1. Voorbereiding: Controleer de werking van de apparatuur en de batterijen.
2. Briefing: Bespreek de procedures en veiligheidsmaatregelen met alle betrokkenen.
3. Testvlucht: Voer een korte testvlucht uit om de omgevingsfactoren te beoordelen.
4. Uitvoering: Houd te allen tijde visueel contact met het model en volg de vooraf bepaalde vliegroute.
5. Evaluatie: Na afloop een evaluatie uitvoeren om eventuele verbeterpunten te identificeren.
5. Verantwoordelijkheden en Communicatie
– De piloot is verantwoordelijk voor het naleven van de regelgeving en de veiligheid van de vlucht.
– De verantwoordelijke organisator dient alle vereiste toestemmingen te verkrijgen.
– Alle betrokkenen moeten op de hoogte zijn van de procedures en noodgevallen.
6. Naleving van Wet- en Regelgeving
– Alle vluchten moeten voldoen aan de nationale en Europese regelgeving, zoals de EASA-regels voor drones.
– Indien vereist, moet een vluchtmelding of vergunning worden aangevraagd bij de bevoegde autoriteiten.
7. Contactgegevens
Voor vragen en meldingen met betrekking tot incidenteel vliegen:
Heli Club Westland
Prins Hendrikstraat 51
3151AE Hoek van Holland
E-mail: info@hcw-rc.nl